Kwalitijdsverspilling

Een belangrijk besefmoment tijdens deze ‘coronatijd’ is dat ik er op gewezen word wat een groot verschil er bestaat tussen kwaliteit en kwantiteit. In mijn dagelijkse leven is de druk van alledag vaak zo groot dat ik dingen altijd gehaast doe. Daardoor produceer ik snel en veel in een korte tijd maar moet ik toch ook onder ogen komen dat wat ik produceer niet altijd kwalitatief het beste is. En ook al schrijf je de beide ‘teiten’ van kwali-, en kwanti-, met een korte ‘ei’ en een ’t’ staan ze voor mij direct in verband met ‘de tijd’; als in klok, agenda, hoeveelheid minuten in een uur, uren in een dag. En dus vooral de angst tijd te verspillen. Onvoldoende direct zichtbaar resultaat uit de dag te halen.
Waar staat het begrip tijd eigenlijk voor? De Dikke van Dale zegt het volgende: “opeenvolging van ogenblikken; tijdsverloop, tijdsduur of tijdstip”
Op wikipedia vind ik dit: “Tijd in klassieke zin is het verschijnsel dat van een gebeurtenis gezegd kan worden dat deze na of voor een andere gebeurtenis plaatsvindt. Een gebeurtenis vindt plaats op een tijdstip of moment. De tijd wordt wel gezien als een opeenvolging van tijdstippen.”
In mijn eigen tijdsverloop moet iedere gebeurtenis opgevolgd worden door een andere gebeurtenis en niet door een moment van rust. Want precies dat rustmoment voelt als tijdsverspilling. Je hebt je tijd immers niet optimaal benut.
Toch zou je teveel achtereenvolgende gebeurtenissen op ieder mogelijk tijdstip ook als tijdsverspilling kunnen zien omdat je geen tijdstip meer over houdt voor reflectie en recapitulatie. En daar zit dus precies de vraag wat uiteindelijk meer waard is en dus meer oplevert: kwantiteit of kwaliteit?
Het antwoord lijkt simpel:
Wie kiest er nou niet voor kwaliteit als je de keuze hebt.
Maar waarom vallen we dan keer op keer in dezelfde valkuil van meer en meer willen.
Dit jaar heb ik mij voorgenomen meer keuzes te maken. Of dat nu gaat om hoe ik mijn menu samenstel: ‘Niet dille èn peterselie maar dille òf peterselie.’ Of extra opdrachten die ik er stiekem probeer tussendoor te fietsen omdat ik denk dat het nog wel even kan.
Ik wil namelijk dingen doen waar ik goed in ben. En stiekem zijn dat er best wat. Dus moet ik dingen doen waar ik ècht goed in ben en daar dan in excelleren.
Dit zou betekenen dat ik meer tijd over ga houden en dat is precies wat ik wil! Dan kan ik een keer een dagje vrij nemen, zorgen dat ik mijn wekelijkse yoga-uren haal maar vooral focussen op vooruitgang en creëren van nieuwe gerechten en events. Want dat is wat ik naast dat ik dat het beste kan ook eigenlijk het aller- aller- leukste vind.
Dat dit nog niet in mijn systeem zit is waarschijnlijk wel duidelijk. Maar ik moet mijzelf blijven overtuigen, al is dat maar met de meest kinderachtige voorbeelden zoals bijvoorbeeld het klassieke verhaal van ‘de schildpad en de haas’.
Weg van de traditionele ratrace die horeca is, maar bewijzen dat het ook op een andere manier kan. Want iedereen die wel eens in de horeca gewerkt heeft weet dat er nooit maar dan ook nooit tijd is. Het gaat altijd door. De gasten moeten immers gewoon te eten en te drinken krijgen. Je kan niet zeggen: “Sorry mevrouw maar we schuiven uw hoofdgerecht door naar morgen want we hebben de planning niet gehaald vandaag.” Je zit altijd met korte termijn deadlines. Maar je komt verder als je dat patroon weet te doorbreken en verder kunt kijken dan de dag tot dag prestaties. Daarin moet je investeren. In geld (kom ik later op terug) en in tijd.
Tijdsverspilling is dus maar net hoe je het bekijkt, in de kwantitatieve of kwalitatieve vorm. Ik ga voor de laatste. En leren dat je met een keertje ademhalen tussendoor op lange termijn een keertje wat langer je adem in kunt houden!
Join
Work With Me

0 reacties